Strikje maakt Klarendal mooier



LOEP bracht afgelopen weekend een bezoek aan Strikje. Het nieuwe winterevenement in het modekwartier. Dit keer gluurt LOEP bij de creatievelingen en bewoners in Klarendal. Het bruist van de ideeën in deze oude volkswijk en dat spreekt LOEP aan. Niet alleen de deelnemende winkels weten ons te verrassen, ook bewoners tonen zich op geheel eigen wijze creatief.








Kim van Es, van designwinkel Graphic Playground, heeft Strikje georganiseerd met Maddy Beekhuizen van bloemenzaak Mon Fleuri. 
Doel is de kloof te slechten tussen bewoners en ondernemers. “We wilden iets opzetten dat breder van opzet is dan de al bestaande Nacht van de Mode in Klarendal”, zegt Kim. “We merkten dat onze producten niet altijd aansluiten bij de behoeften van de buurt. Daarom leek het ons leuk om bewoners er meer bij te betrekken. In 37 kramen bieden wijkbewoners van vintage kleding tot huiswaar aan. Een strikje zit op een cadeau om het extra mooi te maken. Dat is wat wij willen doen voor de wijk.”


 Aan het begin van de Klarendalseweg, tegenover ABO witgoed, runnen deze zaterdag Nicolette Oeldrig en haar vriendinnen een huiskamerwinkel.


Het is de huiskamer van Gerard, een vriend van Nicolette, die ze wist te bewegen zijn huis voor een dag te verlaten. “Hij zit nu in mijn huis met een biertje op de bank." Waar Gerard normaal leeft, staan  kledingrekken en de vensterbank is ingenomen door tientallen paren schoenen, tasjes, mutsen en prullaria. “Allemaal eigen collectie. Welke vrouw heeft geen collectie”, zegt Nicolette enthousiast. Het winkeltje stroomt langzaam vol met nieuwsgierigen. “Het is hartstikke leuk. We krijgen alleen maar enthousiaste reacties.

Mien van De Kleine Winst, een rommelwinkeltje hier tegenover, heeft ons haar kledingrekken geleend. En als wij door onze kleding heen zijn, komt ze nieuwe brengen.”




Ook de zaak van Mien staat barstensvol. Ze verontschuldigt zich voor de puinhoop. “Het meeste gaat er straks nog uit. De kerstboom die ik heb gekregen van de organisatie moet ik zo ook nog even versieren en buiten zetten.” Mien koopt haar spullen of krijgt ze van familie en vrienden. Ze zit sinds augustus vorig jaar met haar zaak in het Modekwartier. “In 1968 heb ik ook al op deze plek een zaak gehad in kunstnijverheid. Dat was in de tijd van de flowerpower.” De Kleine Winst is iedere dag vier uur open. “Ik vind het een leuk evenement, maar ik  had meer kramen verwacht en gehoopt dat de auto’s geweerd zouden worden. Maar het is gezellig”, zegt de onderneemster.



Bij de molen in Klarendal wapperen vlaggen en de wieken draaien. Speciaal voor Strikje is er een restaurant, waar de bezoekers pannenkoeken kunnen eten. Molenaars vertellen over hun werk en de molen. Wij van LOEP overwinnen onze hoogtevrees en beklimmen de stijlen trapjes om te genieten van een mooi uitzicht over Klarendal.




In de winkel Mode met een Missie tonen modellen creaties voor de kerstdagen. Schuin tegenover de zaak staat buurtbewoonster Candy met haar kraam. Ze verkoopt potten met bloemen erin die ze zelf opmaakt.

 “Ik zit hier al vanaf negen uur te blauwbekken, maar het loopt van geen meter. We zitten te afgelegen. Het is jammer dat de kramen niet allemaal bij elkaar staan. Op andere markten verkoop ik altijd heel erg goed , maar dat is hier wel anders.”




Ontwerpster Lenneke van studio Lenneke Wispelwey is wel enthousiast. “Het loopt vandaag lekker door. Ik vind het super leuk dat Kim en Maddy de verbinding met de bewoners van de wijk hebben proberen te maken. Onderaan de straat verkopen bewoners kerstengelen gemaakt van pasta en zelfgemaakte vogelhuisjes.” Lenneke heeft goed contact met de mensen die om haar winkel heen wonen. “Tuurlijk kan het altijd beter, maar in mijn eigen straat ken ik de mensen ook niet verder dan drie deuren verderop. Er zijn Klarendallers die niet weten wat ze met ons aan moeten. Mijn overbuurman Joop Vegers gaf in de wijkkrant een goed advies aan de mensen die klagen over de nieuwe winkels. ‘Stap er gewoon eens binnen en vraag wat ze er doen. Dat werkt. Je hoeft er niet per se iets te kopen!’”





LOEP is onder de indruk van de ontwerpen van Lenneke en wordt er zelfs een beetje hebberig van. Fraai vormgegeven porseleinen vazen, schalen, borden en vogelhuisjes in mooie pasteltinten.  “Mijn spullen krijgen pas echt een eigen leven en functie bij de mensen thuis. “Lenneke levert aan 25 winkels in binnen- en buitenland, onder andere in Scandinavië en Londen. In januari heeft de ontwerpster een maand uitgetrokken om aan een nieuwe collectie te werken. Inspiratie deed ze op tijdens een vakantie in Cuba. Binnenkort dus nieuwe Wispelwey modellen in Klarendal. LOEP kijkt er nu al naar uit.



Bij de Bakbar kan de bezoeker van Strikje genieten van warme chocolademelk, marshmallows boven het vuur en de klanken van een veelbelovend bandje met Lars, Sem en Rens, alle drie studenten van de vooropleiding van het conservatorium.



Achter Goed Proeven ontdekken we op het pleintje bij Caspar nog een aantal jonge ondernemers die hun waar hebben uitgestald bij kapperszaak DOT Hair. Zoals By Bus, een veelbelovend nieuw Nederlands dameslabel. Een kledingmerk dat we in de gaten gaan houden.
Strikje is wat LOEP betreft voor herhaling vatbaar. Het winterwonderland waarin de wijk volgens de organisatie omgetoverd zou worden, hebben we een beetje gemist. De poging om samen met bewoners te zorgen voor een leuk evenement is zeker geslaagd.

Tijdloze schoonheid op ark aan de Rijn



Van de drukte van Onderlangs belanden we door een houten poort in de groene tuin van Martine (45), Cees (51) en hun dochters Kiki (11) en Lola (7). 
Een tuin die in alle opzichten 
anders is dan de meeste. Een lange loopplank, die de tuin splitst, verbindt de prachtige houten woonark aan het einde met de vaste wal. Een woonark die optisch bestaat uit twee schoenendozen op elkaar die ten opzichte van elkaar iets zijn verschoven.




Water heeft Cees altijd getrokken. “Als er ergens een bootje lag, zat ik er al op.” Na een bezoek op een woonboot aan de Vecht weet hij zeker: ‘dit is wat ik wil’. Twee jaar lang stopt Cees briefjes in de bus bij woonbootbewoners en op een dag is het raak. De eigenaar van een honderd jaar oude tjalk heeft zijn boot te koop. “Op dinsdag ging ik kijken en op donderdag tekende ik het koopcontract”, vertelt Cees.

De oude tjalk ademt nostalgie, maar heeft ook zijn gebreken. Als het heel hard regent sijpelt het water naar binnen. Twee pompen draaien continue om de boel droog te houden. “En dat is niet leuk met een baby”, weet Martine. Oudste dochter Kiki wordt geboren op de tjalk, maar al snel besluit het stel een nieuwe boot te bouwen.
Omdat ze er samen niet uitkomen - “die wil dit en die wil dat” - houden ze een workshop met vrienden. Een architect, vormgevers maar ook een edelsmid (“vaak erg goed in details”, zegt Martine)  buigen zich over het wensenlijstje van Martine en Cees. De groep gaat op excursie langs woonarken in Arnhem en elke deelnemer presenteert zijn of haar idee. In twee groepen werken ze vervolgens samen ideeën uit in een maquette. Een bevriende architecte vertaalt het tenslotte naar een totaalpakket.

De woonark die er nu ligt is in een jaar gebouwd. Van Cees mogen we niet spreken van een woonboot. “Het is geen boot, want hij heeft nooit gevaren.” Op de scheepswerf van Helldörfer laten ze het stalen casco bouwen. De afwerking gebeurt op de huidige plek. De woonark ligt vast aan twee stutpalen. “Zelfs met extreem laagwater liggen we nog recht, want het is hier best diep”, vertelt Cees. De ark is in omvang 7,5 bij 20 meter. Aan de buitenkant is hij bekleed met western red cedar hout. “Dit is erg zacht en licht hout maar ook heel duurzaam”, verduidelijkt Cees de keuze voor deze soort.







Bezoekers komen de ark binnen in de keuken. Immense ramen bieden zicht op de oude steenfabriek van Arnhem en de enorme luchten boven Meinerswijk. De bovenverdieping van de boot van Martine en Cees herbergt de keuken en de woonkamer.







Strakke lijnen en eenvoud is wat opvalt. “Ons interieur blijft jarenlang hetzelfde. Ik streef bij het inrichten naar tijdloze schoonheid”, verwoordt Martine de stijl in haar huis. Bij het inrichten is zij sturend. “Ik doe het voorwerk, Cees is vaak de uitvoerder.”




Zo bouwt hij van hout wat over is bij de bouw van de ark een prachtige boomhut voor zijn dochters. Via een glijbaan roetsjen zij zo de tuin in.


Oudste dochter Kiki heeft in haar kamer een boeren bedstee, naar een ontwerp van haar moeder en gebouwd door haar vader.



Martine ziet overal dingen die haar inspireren. “Dat kan een schilderij zijn, maar ook natuurschoon of lichtinval. Ik streef een bepaalde rust na in mijn huis. Zo schilderde ik ooit een muur in de keuken cognackleurig. Het was een prachtige kleur maar de muur was te dominant aanwezig en verdween weer snel.”


Op de balustrade van de trap naar het benedendek staat een kandelaar van Tom Dixon. Een industrieel ontwerp gebaseerd op de bruggenbouw in de Victoriaanse tijd. De armen kunnen in verschillende posities gedraaid worden. De kandelaar springt eruit op deze plek in huis.


Benedendeks bevinden zich drie slaapkamers, een badkamer en een grote open werkkamer. Aan alle kanten stroomt het licht naar binnen.
  





Martine werkt hier met uitzicht op Cornelia, een oude bakdeksleper  waarmee het gezin de Rijn optrekt. “Cees heet eigenlijk Cornelis, maar een boot is vrouwelijk dus we gaan altijd varen met Corrie”, zegt Martine.


“We leven hier met de natuur en de bedrijvigheid op en langs de rivier”, zegt Cees die nu al 21 jaar op deze plek woont. Martine heeft geen idee hoe het leven op een boot is als ze Cees ontmoet. “Maar met mijn ouders woonde ik in een huis wat aanlag tegen een stuk onbebouwd gebied en in de vakanties stonden we altijd met onze neus aan het water, dus het gevoel kende ik wel een beetje.”





Martine vindt het grote voordeel van deze plek de nabijheid van de stad, het bos en de school. “Je bent overal zo.” Nadeel vindt ze dat de grenzen in de winter om haar heen heel hard zijn. De grenzen van de rivier, maar ook de grens van het land. “We zitten dan letterlijk en figuurlijk op een eiland.” En je gaat er niet snel op uit. “We missen veel van wat er in de stad gebeurt. Omdat het hier zo oké is, blijf je makkelijk op je gat zitten.”


De woonbootbewoners aan Onderlangs vormen een hechte gemeenschap. “We kennen iedereen. Af en toe is er een ‘Onderlangsfeestje’ en we hebben een jeu de boules-baan”, zegt Cees. “We moeten het hier met elkaar zien te rooien. Er zijn geen regels zoals op de wal. Er ontstaan afspraken en daar houd je je aan. Zo maai ik bijvoorbeeld de tuin van de buren als ik aan het maaien ben. En we helpen elkaar als we naar de werf moeten.”



Over de Rijn zien we een sleepboot naderen met in zijn kielzog een drijvend huis. Waar de één terugkomt van de werf is een buurman bezig zijn woning klaar te maken om te vertrekken. Ook Cees en Martine moeten binnen nu en een jaar even hun fijne stekkie verlaten voor groot onderhoud aan de ark. Het hoort eens in de zoveel jaar bij het leven op en aan de rivier.

Wat een inspirerend bezoek op deze prachtige boot aan de Rijn. Op een mooie zondagmorgen worden we hartelijk ontvangen en nemen Cees en Martine uitgebreid de tijd ons rond te leiden door hun woonark. We zijn niet alleen onder de indruk van de ark zelf, ook het uitzicht is adembenemend. Deze mensen hebben een prachtig verhaal over hoe ze hier terecht zijn gekomen en wisten een boot te bouwen die recht doet aan de mensen die er wonen. Warm, verrassend en van een tijdloze schoonheid. Op deze plek ervaar je als bezoeker even de rust die Martine met haar inrichting wil creëren. Het valt als het ware over je heen waardoor je veel langer blijft hangen dan je van plan was.