LOEP vindt het leuk om een binnenkijkreportage te maken over jouw huis. Deel jij dan jouw leukste, mooiste en lekkerste plekken in Arnhem met ons? We horen graag van je: loeparnhem@gmail.com

Coming Soon: mix van warme gezelligheid en strak design



Als Luuk in het centrum is, loopt hij altijd even binnen bij Coming Soon in de Kerkstraat. "Ik vind het een prachtig concept."
Zeven jaar geleden begon ArtEZ met Arnhem Coming Soon als podium voor aanstormend talent. Het moest een winkel worden waar zowel studenten als net afgestudeerden de kans kregen hun werk te tonen en ervaring op te doen in het ondernemerschap. ArtEZ is inmiddels uit de zaak gestapt, maar het concept bestaat nog steeds.



"Wat ik jammer vind is dat ze het concept een beetje hebben losgelaten. De winkel zou plek bieden aan jonge kunstenaars, maar de laatste tijd is het wat eenzijdig. Er ligt nu al jaren hetzelfde. Ik zou het goed vinden als de nieuwe lichting kunstenaars ook aan bod komt. Het mooie van Coming Soon is dat het een designwinkel is met bijzondere producten, maar die producten zie je nu ook terug in designwinkels in andere steden. Het zou ze meer onderscheiden als ze wat meer lef tonen."


Cilly Vlemmix, eigenaresse van Coming Soon, snapt de kritiek van Luuk en zou ook willen dat de nieuwe lichting kunstenaa
rs beter aan bod komt in haar zaak. "Het probleem is dat de eindexamenkandidaten vaak geen producten hebben. Ze maken een enkel eindexamenstuk en hebben nog geen productie, dat maakt het voor de verkoop minder geschikt. We exposeren ze wel in de winkel."




Coming Soon verkoopt een mix van producten, design en kunst. "We zijn een conceptstore voor Nederlands design, een winkel om inspiratie op te doen", legt Cilly uit. In de zaak wordt alleen Nederlands design verkocht. "We creëren een eigen sfeer in de winkel, willen het beeld van de Nederlandse ontwerpers goed neerzetten. We hebben spullen van mensen die al dertig jaar bezig zijn, maar ook objecten van net afgestudeerden. En maandelijkse exposities", vertelt Cilly.



Cilly beoordeelt het aangeboden werk zelf. "Ik kijk of het hier past en of het vernieuwend is." Maar ze benadert ook mensen om te exposeren. "Vaak zijn dat studenten van Artez."
Volgens Cilly onderscheidt zij zich van andere designwinkels doordat ze alleen gericht is op Nederlandse ontwerpers. En we hebben een eigen gevoel over mode en producten."
Wat dat gevoel dan is? "Sommigen noemen het Scandinavisch, voor mij is het een mix van warme gezelligheid en strak design. Eenvoud en kwaliteit. De klant moet het gevoel hebben 'dit kan ook bij mij in huis'."


De laatste jaren is Coming Soon toegankelijker geworden voor een groter publiek. "Ook qua prijs. En we veranderen maandelijks de hele winkel." In de zaak liggen producten van onder andere Arnout Visser, Lenneke Wispelwey, Ineke Hans en Rick Tegelaar.
Coming Soon trekt een heel divers publiek. "Van studenten tot tachtigjarige. Mensen die Arnhem bezoeken zijn op zoek naar dit soort straatjes in de stad. De straten om de hoofdstraat heen. Ze ontdekken ons vaak per ongeluk en zijn dan aangenaam verrast. "
LOEP voelt zich ook thuis in een winkel als Coming Soon. Mooie producten en design die niet misstaat in onze eigen huizen. De winkel is lekker ruim en licht en is heel toegankelijk. Je loopt er zo binnen. Meestal kijken we er alleen even rond, maar soms kunnen we dat ene stuk echt niet weerstaan….




Gavius ‘restaureert’ met eerlijk eten


Luuk eet het liefst bij restaurant Gavius aan de Prins Henderikstraat in het Spijkerkwartier. “Ik ken de eigenaar, Frank Blokker, al heel lang. Hij heeft La Pentola, Italiaanse specialiteitenwinkel, gehad aan de Steenstraat. Toen ik zestien jaar was, ging ik er werken als pizza-bezorger. Mijn tweelingbroer werkte er ook. Ik heb er geleerd om Italiaans te koken. Soms zei Frank ‘dit heb ik je gisteren al voorgedaan’, maar dan verwisselde hij mij en mijn broer. In de gloriedagen, van 1996 tot 2001, was La Pentola echt booming. Beroemde voetballers kwamen er hun pasta en parmaham halen.”


Luuk vindt Frank een uitzonderlijk goede kok. “Hij is wel wispelturig. Maar als hij zijn dag heeft dan kookt hij de sterren van de hemel en doet hij niet onder voor sterrenchefs.”
Gavius ligt in de karakteristieke wijk Spijkerkwartier. Tussen de woonhuizen kun je hier Italiaans eten in een eenvoudige
gemoedelijke sfeer. Aan de muur Italiaanse taferelen, koperen pannen en oude zwart-wit foto’s. 

Frank Blokker is eigenaar en kok van het restaurant. Zijn visie op eten en koken is verrassend en tegelijk net zo eerlijk en puur als de ingrediënten waarmee hij kookt.  Vol liefde vertelt hij LOEP over zijn vak en de producten waarmee hij ‘tovert’ in zijn keuken.

Tijdens zijn studie biologische land- en tuinbouw liep  Frank stage in Italië. Daar zag hij hoe de Italianen de oeroude landbouwtradities volgen. Ze eten wat het land hen in bepaalde periodes biedt en houden het ritme van de natuur vast.  “Dus geen aardbeien met Kerstmis, maar in het voorjaar en de zomer.


Koken was in die tijd nog een hobby voor Frank. Als klein kind stond hij al in de keuken.  De stage in Italië mondt uit in een koksopleiding. Frank woont tien jaar in de stad Bologna. Na zijn opleiding zet hij er voor een restaurant de moestuin op, wordt vervolgens afwasser, mag dan de beesten slachten en leert in een jaar hoe hij goede pasta moet bereiden. In zes jaar klimt hij op tot chef-kok.
“Ik kook volgens mijn eigen overtuiging. Ik kook dus niet wat de klant wil. Bij mij geen patat met biefstuk. Mijn uitgangspunt is de gezonde landbouw. Als ik een koe gebruik dan vind ik ook dat ik alles van een koe moet gebruiken. Van de organen tot de staart. Ik werk met groenten van het seizoen en ben matig met vlees. In mijn keuken geen verspilling van energie of voedsel. Ik gebruik ook geen halffabricaten en bak mijn eigen brood.” De producten die Frank gebruikt zijn zoveel mogelijk biologisch.



In Gavius komt een heel gevarieerd publiek. “Vooral mensen met een goede smaak”, weet Frank. “Er komt zelfs iemand iedere week uit Utrecht om hier te eten.”
Frank kookt met hart en ziel. “Ik voel me een kunstenaar in de keuken. Als ik een pestbui heb, kan het zijn dat je dat merkt aan mijn eten, dan is het niet goed maar normaal. Daar zal Luuk op doelen als hij zegt dat ik wispelturig ben.” 

Frank legt ons uit waar het woord restaurant vandaan komt. Na de Franse revolutie kwamen de koks van de adel die sneuvelde onder de guillotine zonder werk te zitten. Ze begonnen eethuisjes waar ze ‘soup restaurante’ serveerden. Een restaurerende soep om de verzwakte bevolking weer op de been te krijgen. “Daar komt het woord restaurant vandaan”, legt Frank uit. “En dat is ook mijn doel, mensen restaureren.”
 “Als je hier vandaan komt, moet je je een ander mens voelen, hersteld zijn. De huiskamersfeer in mijn zaak is het begin, klanten moeten zich op hun gemak voelen. Mijn eten en mijn personeel doet de rest. Ik huur ook geen personeel in, ik adopteer mijn personeel. Ze kunnen dag en nacht bij mij terecht.”
Koken is volgens Frank communiceren tussen kok en ingrediënten. Samen komen ze tot een mooi gerecht. “Een zeevis zal ik nooit in de boter bakken. Ik luister als ik kook naar de natuur. In de buurt van de zee zijn geen weilanden en dus heeft een vis niks met boter."


De naam van  restaurant Gavius komt van de Romeinse smulpaap Marcus Gavius Apicius. Een Romein uit de eerste eeuw van onze jaartelling. Deze Romein zocht en verzamelden ingrediënten uit de hele wereld om maaltijden mee samen te stelen. In 400 na Christus kwam zijn kookboek uit. Zijn passie voor het koken zetten Frank en zijn team 
voort in Gavius.

\

LOEP at bij Gavius een verrassingsmenu. We starten met een pittige frisse bietensoep met korianderyoghurt. Prachtige smaken bij elkaar, puur en lekker. Daarna volgt monniksbaard met bloedsinaasappel en schapenkaas. Verrassend en fris. We hebben  allebei nog nooit monniksbaard gegeten. Het is een eenjarige plant die voornamelijk groeit in de zoute moerassen langs de stranden van de Middellandse Zee en de Atlantische kust van Portugal. Het heeft iets weg van spinazie. Frank vervolgt met een carpaccio van artisjok met warme ansjovis in boter. We dopen ons brood gulzig in de saus.



Ook de pasta met parmaham en groene asperges is zalig en je kunt ons nu al wakker maken voor de gevulde pasta met citroen in salieboter. Het prachtige lamsvlees met spinazie, asperges  en  polenta krijgen we bijna niet meer op. Als afsluiter een heerlijke frisse scropino waarna we  ‘gerestaureerd’ en verkwikt dit heerlijke restaurant verlaten. Eten bij Gavius zet alle zintuigen weer even op scherp. ‘Less is more’ en met ieder gerecht tovert Frank een glimlach op ons gezicht. Eten bij Gavius is feest!

Luuks lasagne met zalm

Luuk houdt van koken en heeft een grote liefde voor de Italiaanse keuken. Hij werkte jaren in La Pentola in de Steenstraat in Arnhem, de Italiaanse specialiteitenwinkel. In huize Van Geffen komt de spaghetti niet uit een pakje, maar wordt met de hand gedraaid. “Dat is zoveel lekkerder.”  Koken doet Luuk af en toe ook voor de buren op Stadseiland. Speciaal voor deze gelegenheden zijn lange biertafels aangeschaft.
Als gerecht voor LOEP kiest Luuk voor Lasagne met zalm. “Dat is een gerecht dat ik wil promoten.”




Lasagne met zalm
Ui
Room
Zalm (vers of gerookt)
Brandy
Meel, typo 00
Eieren ( op 100 gram meel 1 ei)
Pastamachine

Kneed het deeg voor de pasta, gebruik op 100 gram meel 1 ei. 200 gram meel is voldoende voor 4 personen. Zeef de bloem op het aanrecht en maak er een bergje van met een kuiltje van 20 cm in het midden. Klop de eieren met de dooier los en doe ze in het kuiltje. Werk er met draaiende bewegingen van je vingertoppen beetje bij beetje de bloem door en kneed dan ongeveer 10 minuten. Het moet een stevig, satijnglad deeg worden. Voeg wat bloem toe als het deeg te zacht is, kneed met vochtige handen bij deeg wat te droog blijft. Maak er een bal van en laat een uur rusten in de ijskast gewikkeld in plastic folie.
Rol het deeg op een licht met bloem bestoven aanrecht uit of maak er met de pastamachine een dun vel van. Zet de rollers eerst op de wijdste stand. Draai het deeg 3-4 keer door de twee wijdste standen. Vouw de deeglap steeds dubbel voordat je die uitrolt. Rol ze vervolgens steeds dunner uit. Als ze leerachtig aanvoelen en niet meer aan elkaar kleven als je ze op elkaar drukt, zijn ze klaar om er tagliatelle, lasagne enzovoorts van te snijden. Kook de vellen heel even voor.
Fruit de ui rustig. Doe er dan de zalm bij (van gerookt tot vers). Aanbraden tot het droog begint te worden en afblussen met brandy. Als u verse zalm gebruikt moet er nog een beetje zout bij. Room en zwarte peper toevoegen. Hoeveelheden naar eigen inzicht.
De lasagne opbouwen in een ovenschaal. Tussen de laagjes Parmezaanse kaas raspen.
Het is mooi als je de lasagnebladeren kleurt met inkt van de inktvis.
Italiaanse spinazie die even in de wok is geweest, kun je als bedje onder de lasagne opdienen.

‘Iedere Arnhemmer moet Immerloopark een keer gezien hebben’



De mooiste plek in Arnhem is voor Luuk het Immerloopark op de zuidelijke oever van de Immerlooplas. “Iedere Arnhemmer moet het een keer gezien hebben. Je kunt er in de winter geweldig schaatsen. Ik kom er eigenlijk te weinig.” Luuk mist er een plek waar iets gedronken kan worden.





Het Immerloopark is aangelegd tussen 1969 en 1972 en was daarmee het eerste stadspark in het stadsdeel Arnhem-Zuid. De Immerlooplas is ontstaan door decennialange afgraving voor de baksteenproductie van steenfabriek Terwindt bij de Bakenhof. Langs de plas is een ruige begroeiing voor broedende vogels.





Liefde voor blauwe stalen Gios


Het fraaist attribuut in huis vindt Luuk zijn Gios Steel Master racefiets uit 2013.  “Ik ben al vanaf de jaren negentig fan van dit merk. De kleur en het vakmanschap van Gios spreken mij enorm aan.  De Kelmeploeg, een Spaanse wielrenploeg, reed met dit merk. In de jaren negentig waren zij de concurrent van Armstrong.”


Toen Gios 65 jaar bestond, brachten ze dit speciale stalen lichtgewichtmodel op de markt. “Hij weegt nog geen tien kilo. De fiets is wel gebouwd met moderne onderdelen, dus die kan ik makkelijk vervangen”, zegt Luuk. Stadseiland is wat hem betreft een ideale uitvalsbasis om een eind te fietsen. “Je rijdt hier zo de dijk op naar de Posbank of richting Driel.”
De fiets van Luuk krijgt wel na ieder fietstochtje een schoonmaakbeurt, want zijn stalling is een beugel aan de muur in de woonkamer.

Kunstverzamelaar en gelukszoeker op Stadseiland


Een blauwe Gios racefiets hangt pontificaal achter de eettafel aan de muur. Het is het meest in het oog springende kunstvoorwerp en gelijk het enige object in huis dat met regelmaat van zijn plek wordt gehaald voor een tochtje richting Posbank of Driel.


LOEP is op bezoek in het huis van Luuk van Geffen ( 37), oud-wethouder en raadslid van de SP in Arnhem. Samen met zijn vrouw Linda (39), zijn zonen Julian (10) en Maurits (8) en dochter Katelijne (6) bewoont Luuk een stadsherenhuis aan de Kea Boumanstraat in Stadseiland, onderdeel van Malburgen-Noord.



In 2007 kopen Luuk en Linda het huis. Tot dan wonen ze in een hofwoninkje in Klarendal, vroeger nog snoep- en schoenenzaak, maar ze verlangen naar meer ruimte als hun tweede zoon wordt geboren. “We wilden graag een huis met een tuin.” Daarnaast wil het stel genieten van het leven en niet vastzitten aan een hele dure hypotheek. In nieuwbouwwijk Stadseiland is beide mogelijk.

Luuk groeit op tussen de tuinders op het boerenland van Groessen. Als kind gaat hij naar de vrije school in Malburgen.“Ook mijn kinderen gaan nu naar diezelfde school. En we zitten hier nog betrekkelijk dicht bij de stad.”
Stadseiland is een gemêleerde wijk. “Maar het blijft een nieuwbouwwijk. Er zijn veel stellen die voor het eerst samen een woning betrekken, dat werkt soms niet en je ziet dan ook veel huizen te koop staan”, zegt Luuk. Er is een actieve bewonersvereniging die allerlei activiteiten organiseert. “Ieder jaar in maart is er een walking-dinner. Bij het ene gezin wordt het voorgerecht genuttigd, bij de volgende het hoofdgerecht en we sluiten af met een dessert bij tennisvereniging Malburgen.”




Luuks hobby’s zijn wielrennen en Italiaans koken maar zijn grote passie is hedendaagse kunst. Een aantal werken van zijn verzameling hangt in de woonkamer, de meeste kunst is echter verstopt op het toilet.




Daar vinden we werk van Sharon Gesthuizen, Tweede Kamerlid van de SP. Ernaast een  Klaas Gubbels en een vlieg uit Vancouver. Op de

andere wand een prachtige beer van Jaap Kroneman. Een kaartje met daarop de tekst: ‘mijn lievelingskleur is licht’ en een aandoenlijke zwart-wit foto van Luuks overgrootouders. “Mijn overgrootouders waren echte Arnhemmers. Ik was tweeënhalf toen mijn overgrootvader overleed. Hij ging nog in driedelig pak op de fiets naar zijn werk. Daar trok hij een overall aan en stapte de metaalwerkplaats in”, zegt Luuk met enige trots in zijn stem.
Het huis van Luuk en Linda is eigentijds modern, met duidelijk een eigen stijl. “Het is een beetje modern met klassiek”, vindt Luuk. “Ik houd wel van klassiek. Ook aan de buitenkant doet het huis denken aan oude herenhuizen door de doorlopende gevel.” In de woonkamer bracht Luuk hoge plinten aan als knipoog naar deze oude panden.
Linda en Luuk houden van Ikea tot Scandinavisch design. De muren in de woonkamer zijn wit.  “Ik ben niet van de kleurtjes op de muur. Dat is zo tijdelijk, daar ben ik zo op uitgekeken. Alleen in de slaapkamer hebben we een paarse muur.”





Luuk is trouw aan zijn inrichting, wat hem betreft blijft het zoals het is. “Ik laat me verrassen door mijn vrouw. Die zet de tafel en de bank regelmatig op een andere plek.” En omdat Luuk het zat was om de lamp steeds te verhangen, bedacht hij een ingenieus systeem waardoor hij niet iedere keer weer de ladder op hoeft. De lamp loopt in een gordijnrail aan het plafond en kan gemakkelijk in elke gewenste positie worden getrokken. “Ik heb er zeven jaar over gedaan om dit te bedenken”, zegt hij.

De bewoners hebben over het algemeen dezelfde smaak. “De grens ligt bij haar voor mijn smaak van kunst. Ik houd van extreme kunst die ook wat zegt.” Boven de piano hangt een afbeelding van een hert. “In eerste instantie vond mijn vrouw het een mooi hert en zei ze: ‘laat maar hangen’. Tot er een vriendin langskwam die zei: ‘wat is dat voor een gruwelijk hert met al die doodskoppen’. Die had ze er nog niet in gezien. Ik vind het prachtig. Het zegt iets over de manier waarop wij met onze dieren omgaan. Het is absurdistisch en weerspiegelt mooi de maatschappij.”

Dieren voeren de boventoon in de kunst in huis. Aan de wand achter de bank hangen twee reebokachtige objecten van Jochem Esser. “Jochem maakt bizarre dingen.”
De bewoner is niet alleen bewonderaar van kunst. In de keuken staat een Mariabeeld gebeeldhouwd uit een stuk perenboom. Luuk maakte het beeld toen hij achttien jaar oud was in Frankrijk. “Ik zag Maria meteen al in de knoest. De hangborsten van het beeld beginnen mijn kinderen nu op te vallen”, zegt hij lachend.




Aan de wand naast het espresso-apparaat hangt een echte Van Geffen met daarop twee fiatjes 500. “Ik heb helaas te weinig tijd om te schilderen.” De fiatjes staan voor zijn andere liefde: Italië. Luuk kookt, al zegt hij het zelf, aardig Italiaans. Hij werkte jaren in La Pentola aan de Steenstraat. De pasta in huize Van Geffen wordt met de hand gedraaid.

De bewoner somt nog een heimelijke passie op; het verzamelen van klavertjes vier. “Ik heb een boek vol”, zegt Luuk terwijl hij snel de trap op sprint om het te halen. “ Mijn  eerste klavertje vier vond ik toen ik twaalf jaar was bij mijn moeder in de tuin. In 2005 ben ik begonnen met verzamelen.” Bij ieder klavertje in het boek staat de vindplaats. Soms vindt hij er meerderen tegelijk op dezelfde plek. “Je moet er oog voor hebben. Als ik naar de stad fiets langs de dijk zie ik ze vanuit mijn ooghoek. Dan fiets ik terug om ze te plukken.”



Zijn eerste auto koopt Luuk in 1999. Een Alfa. “Toen ik zag dat er een klavertje vier op de auto stond, was ik meteen verkocht.”  Na een lange reis met de Alfa naar Italië, staat er tussen Luuks voeten bij het uitstappen op de camping weer een exemplaar. “Het hoort blijkbaar bij me, het is een van mijn tikken.”
 De geboorte van zijn dochter Katelijne noemt Luuk de mooiste herinnering aan het huis aan de Kea Boumanstraat. “Vooral de sfeer die er toen in huis hing. Het was zo gezellig en relaxed.” Luuk heeft altijd vader willen worden. “Het liefst had ik er vier gehad”, zegt hij glunderend.





Aan het huidige huis hoeft niet veel meer te worden gedaan of veranderd. Op het dak liggen zonnepanelen. “Om nog energiezuinger te zijn wil ik graag een zonneboiler en op zolder ga ik nog een glazen schuifpui maken, zodat de kamer van de jongens kan worden gesplitst.”



Luuk laat ons op de zolder zijn laatste klus zien. Voor allebei zijn zoons timmerde hij een kledingkast. Aan de wand ook hier weer een verwijzing naar Italië,  cafetières in verschillende grootte.


 “Misschien moet er iets minder Ikea in huis, daar hebben we nu wel genoeg van”, mompelt de bewoner als we terug naar beneden lopen.